Een 'petite histoire'
in
Bergen op Zoom

 
Niets uit deze website mag worden verveelvoudigd en/of openbaar gemaakt, door middel van kopie, op digitale of welke andere wijze dan ook, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van auteur en/of webmaster.
 
 
Onlangs ontleende ik aan 'Internet' een prentbriefkaart met een verhaal, al moet je wel verder zoeken dan je neus lang is. Ten eerste nodigt het geschreven opschrift uit tot lezen en verder onderzoek...! Maar wat is dan het geval?
 
 
'L.S. Juist is gisteren avond bericht gekomen, dat mijn verlof is goedgekeurd, heerlijk hoor. Ik kom dan morgenochtend om 11.17 uur spoortijd aan de Centraal aan. Misschien wilt ge wel even aan 't station komen. Vindt ge deze deze niet aardig. Na vele groeten van huis tot huis, blijf ik gaarne je vn: Marie.'
 
Trots meldt Marie met de woorden 'ons huis' in de kaart, waar zij precies woont...! Ja, dat vond zij misschien nodig om meer indruk te maken op iemand uit een veel grotere stad. En dat was Amsterdam.
 
01. De prentbriefkaart wordt gesierd met het stationsgebouw van Bergen op Zoom, waar haar vader als restaurateur met zijn vrouw en twee dochters in het hogere deel aan de zuidzijde (rechts op de kaart) woonde. Vader Johannes Barnoldus Cornelis Touw was op 12 juli 1872 geboren in Bergen op Zoom. Zijn 'roots' lagen in de Bergse binnenscheepvaart, die in die tijd bepaald niet onaanzienlijk was. In latere jaren leende hij zijn familie ook geld.
 
J.B.C. Touw huwde op 6 maart 1899 in zijn geboortestad met Wilhelmina (Mientje) Joritzaar, geboren op 26 september 1871 te Utrecht.Uit hun huwelijk kwamen twee dochters voort, namelijk Marie Louisa, geboren op 10 februari 1902 te Bergen op Zoom,
en op 9 december 1905 Geertruida Anna Agatha. Bij de geboorte van het eerste kind stond vader te boek als caféhouder en bij het tweede kind als koffiehuishouder. Als adressen zijn in die jaren bekend: Poorterij K 16 (wat toen ook al Parallelweg was) en Parallelweg 39. Waarschijnlijk ging het om hetzelfde pand.
 
Wanneer hij de stationsrestauratie kon pachten, is onbekend. Wel dat hij in 1915 de bovenwoning aan de zuidzijde in gebruik kon nemen, omdat de tot dan toe hier wonende stationschef naar een nieuwe woning op stand aan de Bredasestraat mocht verhuizen.
 
Een stationsrestaurateur verdiende in de 'gouden jaren' van het vervoer per trein 'goud' geld. Niet voor niets waren er in Bergen op Zoom aan het Stationsplein op de beide hoeken met de Stationsstraat gerenommeerde hotel-café-restaurants gevestigd, en ook nog één in de Stationsstraat. Die pikten natuurlijk allemaal een graantje mee van passanten die verlegen zaten om 'een natje en/of een droogje'.
 
 
02. De eerste was Damen op de noordelijke hoek, in latere jaren heette het 'Grand Café Restaurant Hotel Damen'. In reclame-uitingen werd het 'Bonds-hotel' genoemd, als het ideale onderkomen of rustoord voor het nog schaarse aantal automobilisten, dat verenigd was in de ANWB. Voor wachtende reizigers bleef het 'Hotel Damen' echter het 'Tramstation'. Zelfs conducteurs kwamen er even binnen om te waarschuwen voor het vertrek van hun tram. Ansichtkaart uit circa 1900.
 
 
03. Terwijl het 'Hotel-Restaurant William' (links op de ansichtkaart) al vrij snel zijn voorgevel liet verhogen (met plaatsing van een extra bouwlaag), maakte buurman Damen later plaats voor 'Hotel Francois'. Het uiterlijk van de zaak bleef overigens ongewijzigd.
 
 
04. Zodra reizigers het stationsgebouw uitgingen, zagen zij de Stationsstraat recht voor zich uit en aan weerszijden daarvan op de hoek een hotel. Dat aan de linkerhand heette het 'Nieuw Stations-Koffiehuis'. Dat staat vermeld op de gevel, achter de vlaggenmast. Links daarvan (kant spoorwegstation) staat 'Station Stoomtram', 'Afspanning' en 'Cafe-Restaurant'. Wat er op de gevel aan de kant van de Stationsstraat stond, is helaas niet leesbaar. De eigenaar was L.P.A. Ooms-Janssens. Ansichtkaart uit circa 1910.
 
 
05. Terug naar 'Hotel-Restaurant "William"', gebouwd in 1903, als pleisterplaats voor vele tramreizigers, omdat de tram pal voor de deur de in- en uitstapplaats had. Overigens konden hier ook rijtuigen, later ook automobielen, worden gestald op de binnenplaats, via de dubbele deuren links. Uiterst links was de ingang voor de eigenaar met zijn gezin, rechts voor hotelklanten en onder de luifel voor mensen, die zin hadden in een consumptie of wat te eten. De voorgevel is nog steeds grotendeels aanwezig.
 
 
06. Ik kom terug op de ansichtkaart die Marie in elk geval vóór 14 september 1920 (zie verderop) verstuurde. Dat zij naar Amsterdam ging, blijkt uit het feit dat zij dit 'Centraal' noemt. Dat was destijds het enige station in Nederland dat als zodanig werd aangeduid. Want Den Haag had alleen een ' Hollands Spoor' (HS) en een 'Staatsspoor' (SS), terwijl Rotterdam kon buigen op een 'Delfsche Poort' (DP) en een 'Staatsspoor' (SS). In Amsterdam had je toen en tot voor enkele jaren een 'Centraal Station', nu inmiddels verbasterd tot 'Amsterdam Centraal'.
 
 
07. Volgens de briefkaart kon Marie om 11.17 uur 'Spoortijd' in Amsterdam op 'Centraal' staan. Kijken wij naar een dienstregeling uit het begin van de jaren twintig, dan staat daarop een trein met als aankomst 11.05 uur vermeld. Dat tijdstip varieerde elk jaar hooguit een tiental minuten. Uiteraard gaven treinen op de hoofdlijnen op elkaar aansluiting, zodat Marie hoogstwaarschijnlijk rond zeven uur 's morgens de voordeur achter zich had dicht getrokken. Slechts een paar stappen en zij zat al in de trein. Beter kon je het toch niet treffen als dochter van een stationsrestaurateur. (Dienstregeling afkomstig uit 'De Grondwet', de plaatselijke krant van Roosendaal)
 
Overigens moet de reis hebben plaatsgevonden vóór 14 september 1920, want toen vertrok zij volgens de bevolkingsboekhouding definitief naar Amsterdam. Had zij daar misschien een kantoorbaantje en een hospita gevonden, zodat zij kort bij haar werk kon zijn? Marie was nog maar achttien jaar oud en mocht dus al (en kon ook) alleen op reis. Dat konden heel veel meisjes haar in die tijd niet nazeggen. Of ze mochten gewoon niet van huis weg of er was geen geld. Of er toen al een 'vriendje' in het spel was...?
 
In de bevolkingsboekhouding is te vinden dat Marie op 19 september 1928 (26 jaar oud) te Bergen op Zoom in het huwelijk trad met ene Koenraad Willem Jacob Neuman, van beroep adjunct-secretaris bij een Incassobank. Of dat de reden was van haar reis in 1920 naar Amsterdam? Wij zullen het nooit te weten komen..! Wel dat het huwelijk niet zo heel lang duurde, want op 3 mei 1939 werd dat huwelijk bij vonnis van de Arrondissementsrechtbank in Dordrecht ontbonden.
 
Marie zou in 1967 overlijden. Haar moeder Wilhelmina (Mientje) Joritzaar was haar op 18 augustus 1951 te Bergen op Zoom, op bijna tachtigjarige leeftijd, voorgegaan. Haar vader, geboren op 12 juli 1872, werd maar 67 jaar. Hij stierf op 30 januari 1938 te Bergen op Zoom. Haar zus, Geertruida A.A., die op 23 november 1938 gehuwd was met de kaashandelaar Cornelis Noordhoek uit Bodegraven, volgde in 1980.